La Petite Chartreuse

Etienne Vollard is een boekhandelaar met een passie voor de bergen en met – naar men zegt – een buitengewoon geheugen. Hij leidt een eerder teruggetrokken leven tot op de dag dat hij Eva, een meisje van acht, per ongeluk omver rijdt. Tussen Eva, die hij gaat opzoeken aan haar ziekbed, Pascale, de jonge moeder die eronder door gaat, en Vollard - de "verhalenverteller", maar tegelijk surrogaat papa en mama - groeit stilaan het mirakel van de prins op het witte paard. Dit is het verhaal van de hoop, een verhaal dat wil geloven in de kracht van de mens, in zelfoverwinning, in de breekbare draden tussen mensen die Vollard, gedwongen ziekenverzorger, stilaan tot een patroon begint te weven.