De Duitse cineast Dietrich Brüggemann lijkt het lijden van Maria aanvankelijk bloedserieus op te vatten. Maar het religieus fanatisme van Maria en vooral van de moeder is zo extreem, zonder karikaturaal te zijn, dat de hele situatie op bepaalde momenten lachwekkend wordt.
Want gezond verstand komt bij de twee belangrijkste personages totaal niet aan te pas. Uiteraard is Maria het slachtoffer van een moeder die haar fundamentalistische visie als een leeuwin verdedigt en rijp is voor een psychiatrische instelling. Je zou willen dat de rest van de wereld ingrijpt, maar vanaf het begin besef je dat dat niet zal gebeuren. Het regieconcept (14 sequenceshots vanuit een vast camerastandpunt in navolging van de kruiswegstaties) en de structuur die de vorm van een neerwaardse spiraal heeft beklemtonen het fatalisme van de film. De afstandelijkheid die ontspruit uit vorm, structuur en acteren maakt echter wel dat je Kreuzweg zonder een moment van vals melodrama bekijkt. En waardoor de tragedie van Maria vreemd genoeg des te aangrijpender wordt.
Zelden was een voorspelbare film zo spannend. Het finale shot zorgt voor de enige (bedoelde) verrassing; een shot waarin Brüggemann duidelijk maakt wat hij nu juist over religie, fundamentalisme en de menselijke natuur denkt.