Synopsis
Voor 'The Pianist' grijpt Roman Polanski terug op zijn eigen herinneringen. Hij verfilmt de verschrikkelijke odyssee van een overlevende van het getto van Warschau, de joods-Poolse pianist Wlazdislaw Szpilman (1911-2000), vertolkt door Adrian Brody. Op 23 september 1939 speelt de jonge pianist voor de radio 'Nocturne in d-mineur' van Frédérique Chopin. Door het lawaai van de bombardementen kan hij zichzelf nauwelijks horen. Een halfuur na afloop van dit optreden wordt de zaal van de Poolse omroep geraakt en is de radio definitief uit de lucht.
De consequenties van de erop volgende Duitse bezetting zijn voor de inwoners van Warschau afschuwelijk: het getto, de joodse opstand, de deportaties. Szpilman is uitgehongerd, omringd door lijken en elk moment is er de dreiging van een willekeurige executie. Toch weigert hij lid te worden van de joodse politie die met de nazi's collaboreren en die de treinen naar Treblinka moeten vullen. Als bij wonder is hij de enige van zijn familie die aan de doodskonvooien ontsnapt. Hij moet met lede ogen toezien hoe het getto in opstand komt en hoe die opstand terug wordt neergeslagen. Szpilman overleeft door zich te verbergen in de ruïnes van zijn geliefde stad. Hij krijgt daarbij niet alleen de hulp van Poolse verzetsstrijders, maar ook van een melomane Duitse officier Wilm Hosenfeld (Thomas Kretschman), die hem op 23 september het stuk van Chopin had horen spelen.
