“Ik sterf liever met mijn laarzen aan,” merkt Matthew McConaughey op een bepaald moment bitter op. Het zijn woorden die je kan verwachten van iemand die zichzelf net als zowat alle Texanen ziet als een rechtgeaarde cowboy.
De keerzijde van die medaille is dat ze onverbeterlijke macho’s zijn, door en door seksistisch en vervuld van een diepe homofobie. Het idee dat zo iemand midden jaren ‘80 getroffen wordt door een aandoening die op dat moment nog algemeen geldt als een homoziekte biedt dus zeker stof genoeg voor een intrigerend drama.
Het verhaal zit echter ook vol valkuilen. Tranerig melodrama, gratuit veel aandacht voor de fysieke aftakeling, simplistische personages, die gevaren loeren allemaal om de hoek. En wanneer de film begint met een opzichtig symbolische scène waar McConaughey seks heeft terwijl hij ziet hij een cowboy aan de hoorn van een stier gespietst wordt, vrees je even voor het ergste.
De Canadese regisseur Jean-Marc Vallée heeft echter genoeg inzicht om zijn film daarna meteen een injectie humor te geven, waardoor Dallas Buyers Club meteen in het juiste spoor raakt.