Het fenomeen 'Dragon Ball', dat me nu al een goede tien jaar door de strop geduwd wordt, heeft me tot op heden even vaak geraakt als de vogelgriep. Behalve dat, in tegenstelling tot dat laatste, er geen enkel virus bestaat om de drift van de fans in te tomen die wachten op deze live adaptatie van de avonturen van hun hyperkinetische held... Gezien het ongelooflijke succes van de avonturen van Son Gok, konden de grote Hollywood studio's - 20th Century Fox in dit geval - niet onbewogen blijven tegenover de aantrekkingskracht van deze potentiële goudmijn. De Japanse dwerg met de apenstaart doet beter dan de blonde Belg met het kuifje: 250 miljoen manga's zijn reeds verkocht doorheen de wereld, er werden 3 televisiereeksen gemaakt: Dragon Ball, Dragon Ball Z en Dragon Ball GT, en verder waren er een pleiade aan videogames en een overvloed aan afgeleide producten. Pak hem, Bobby!
Fight club Dorothée
Na de dood van zij grootvader Son Gohan, gaat Sangoku, een man van 18 met bovennatuurlijke krachten, op zoek naar de grootmeester van de gevechtskunsten Geniale Schildpad en moet hij de aarde tegen de demon Piccolo bescermen, die van plan is om de wereld te overheersen met zijn kristallen bol. Hij krijgt hulp van zijn vrienden Chi-Chi, Yamcha en Bulma. Die microscopische invalshoek dient ongetwijfeld in de eerste plaats om gevechten met vuurbollen in de lucht te kunnen laten zien, vernielskrachtige energievelden en andere superkrachten met leuke lichtjes. We hopen dat ze spectaculairder zijn - maar ongetwijfeld minder grappig - dan die van de eerste live versie van Dragon Ball uit het einde van de jaren '80 en dat we ten zeerste aanraden aan liefhebbers van duizelingwekkende interstellaire missers en van Taïwanees-Filippijnse B films.
Welcome to the Shaw
Het feit dat de versie van 2009 onder de hoede komt van James Wong, regisseur met middelmatige (niet-zo-)superkrachten ('The One', 'Final Destination' 1 en 3) zaait evenveel twijfel als de eerste beelden van de film (kartonnen decors die tot overmaat van ramp slecht uitgevoerd werden). De keuze voor de onbetekenende Justin Chatwin om Sangoku te vertolken laat ook al niet veel goeds vermoeden. Toch blijft er enige hoop: de aanwezigheid van de charismatische Chow Yun-fat in de rol van de Geniale Schildpad en vooral het feit dat de productie van de film toevertrouwd werd aan Stephen Shaw (van 'Shaolin Soccer' en 'Crazy Kung-fu'). We hopen dat die voor enige gekte zal zorgen in wat lijkt uit te draaien, als het gegeven zonder ironie geadapteerd wordt, op een serieuze janboel. Enige twijfel dus, maar toch zeker één goed punt voor de film: er zal ongetwijfeld meer animatie in voorkomen dan in de tekenfilm zelf. Dat is niet moeilijk, maar toch al iets.