In ‘Vingt Dieux’ zien we een onstabiele puber opgroeien tot een zorgende man. Tegen de idyllische achtergrond van het Juragebergte gaat hoofdpersonage Totone op zoek naar liefde, vriendschap en passie. Dat hij dat vindt op een kaasboerderij klinkt als een slechte grap, maar in de handen van regisseur Louise Courvoisier is dat allerminst het geval.
Totone groeit op in het Juragebergte in Frankrijk. Als zijn vader sterft, wordt hij noodgedwongen de “man van het huis”. Hij ontdekt de traditionele ambacht van het kaasmaken en begint te dromen van een welvarende boerderij. Die obsessie verandert langzaamaan in een passie. Alleen is en blijft hij jong, onbezonnen en vooral onstabiel. Daardoor schiet hij zich even vaak in zijn eigen voet als dat hij slaagt in zijn opzet.
Op het festival in Cannes won ‘Vingt Dieux’ de jeugdprijs in de sectie ‘Un Certain Regard’. Zijn personages zijn dan ook erg realistisch en vooral herkenbaar. Er zijn geen karikaturale boeren te zien, wel jongeren die naarstig op zoek zijn naar zichzelf. De eerste langspeelfilm van regisseur Louise Courvoisier werd met andere woorden goed onthaald - en met reden.
Man in wording
Alles draait om Totone (Clément Favreau) die door omstandigheden sneller volwassen moet worden dan zijn vrienden. Terwijl hij zichzelf in de eerste scène nog naar de pleuris zuipt, brengt hij in de volgende scène zijn zusje naar school. Dat hij haar in haar pyjama laat gaan, lijkt uit het leven gegrepen.
Zijn groeiproces gaat natuurlijk niet zonder slag of stoot. Zijn baas ontslaat hem nadat hij op de vuist gaat met een collega en Totone misbruikt zijn band met Marie-Lise (Maïwene Barthelemy) om melk te stelen uit haar tank. Net zoals zijn beste vriend (Mathis Bernard) zich herhaaldelijk in de prak rijdt tijdens stockcarraces, toont Totone ook heel wat zelfdestructief gedrag.
Ondertussen ontwaakt er iets seksueel in Totone. Hij probeert regelmatig om seks te hebben, maar moet dan met het schaamrood op de wangen toegeven dat “hij” niet wil. Zijn impotentie stoort hem meer dan de meisjes waarmee hij slaapt. In zijn vriendengroep wordt seks met meisjes immers gezien als een medaille om met trots te dragen.
Maar dan verandert er iets wanneer hij de schone Marie-Lise ontmoet. Wanneer hij op haar boerderij een melkslang slecht aansluit en het witte goedje in het rond spat, is zij het die de situatie rechttrekt. Een duidelijkere analogie voor wat volgt bestaat niet. Later - terwijl ze zoenen in het hooi - zegt Totone haast opgelucht: ‘Ik denk dat ik een stijve heb…’
Een landelijke droom
Een drama over opgroeien kan gauw vervallen in melodramatische scènes waarin het personage in elkaar stort, maar ‘Vingt Dieux’ trapt niet in die val. In plaats daarvan laat het ons zien hoe Totone de koe bij de hoorns vat en zich ontpopt tot een creatieve ondernemer. Hij wil Comté-kaas maken: ambachtelijk en traditioneel. Hij roept de hulp in van zijn beste vrienden, bedenkt een naïef businessplan en zet zijn zinnen op het winnen van een prijs voor beste Comté-kaas.
Dat klinkt als een “cheesy” propagandafilm voor een herwaardering van ambachten en dat is het ten dele ook. De film droomt van een landelijk gebied waar jongeren de tradities van hun grootouders met plezier overnemen. Alleen de manier waarop Totone misstappen begaat en hoe het gebrek aan een AOC-label (Appellation d’Origine Contrôlée) hem tegenwerkt, plaatst hier enkele kanttekeningen bij.
De essentie blijft dat Totone zichzelf ontpopt van opvliegende, fragiele, kettingrokende puber naar liefhebbende, zorgende man. Daarvoor vindt hij kracht in de passie voor het maken van kaas, zijn liefde voor Marie-Lise en zijn beste vrienden. Aan het eind is zijn transformatie nog niet volledig, maar dat hoeft niet, want de eerste bol kaas die hij maakt is immers ook niet perfect.