Een eenvoudig verhaal over eenvoudige mensen in een eenvoudige setting. Zoiets had de Italiaanse regisseur Andrea Segre voor ogen met 'Io sono Li' ('Ik ben Li'), zijn eerste fictiefilm. Segre heeft al de nodige stappen gezet als documentairemaker en dat is 'Io sono Li' duidelijk aan te zien. Hij heeft niet alleen oog voor het dagelijks leven van zijn personages, hij gebruikt die details ook om de hele film tot leven te wekken. Het doen en laten binnen het Chinese werksysteem, de tradities en gewoontes van de vissersgemeenschap, Segre brengt het allemaal overtuigend in beeld. Tegelijk toont hij hoe die tradities en systemen de groeiende vriendschap tussen zijn beide hoofdpersonages, de barvrouw Li en de oude visser Bepi, frontaal tegenwerken. Bepi's vrienden en kennissen reageren afwijzend uit een soort ingewortelde xenofobie, Li's bazen keuren de vriendschap af omdat ze (vanwege het geroddel) slecht is voor de zaken. Veel grote openbaringen heeft 'Io sono Li' niet te verkondigen en het verhaal kiest min of meer de koers die je verwacht. Maar Segres gevoel voor realisme en het gevoelige acteerwerk van zijn beide hoofdacteurs strelen wel je ziel. (RN)