Brit Peter Strickland maakte enkele jaren geleden Berberian Sound Studio, een eerbetoon aan de Italiaanse horrorfilms van de jaren 60 en 70. In zekere zin is The Duke of Burgundy daar een vervolg op.
Opnieuw brengt Strickland een hommage aan de Italiaanse giallo, maar deze keer wordt een andere zijde van het genre belicht. En de invloeden blijven deze keer niet beperkt tot de Italiaanse cinema. Je voelt hier ook de forse impact van Daughters of Darkness van Harry Kümel, The Servant van Joseph Losey en Performance van Nic Roeg. Al die films handelen immers over schijntheater en schijndominantie. Zoals Kümel destijds weet Strickland een ogenschijnlijk obscuur genrefilmpje - lesbische vampiers doen het met mekaar - tot een hoger en kunstzinnig niveau te tillen waardoor hij iets heel fris krijgt. Maar de vraag is of The Duke of Burgundy werkelijk zo vernieuwend is als na een eerste visie. Ergens krijg je de indruk dat de film in de tweede helft ter plaatse blijft trappelen en dat de lagen beperkter zijn dan je wel zou denken.
Een tweede visie moet dat nog uitwijzen, maar de vrees bestaat dat het frisse dan weer verdwijnt. In ieder geval is het uitstekend geacteerde The Duke of Burgundy hoe dan ook een verademing tussen de herkauwde rommel die we vandaag in de bioscopen te zien krijgen.