Het is een aloude regel in de filmgeschiedenis dat een vervolg nooit aan het origineel kan tippen. Het beste kruit is tenslotte al bij het begin verschoten en een sequel dient in de eerste plaats om de cashkoe nog wat meer uit te melken.
Uitzonderlijk gebeurt het echter dat zo’n tweede deel zijn voorganger evenaart of zelfs overtreft. The Amazing Spider-Man 2 mag zich bij dat selecte rijtje scharen.
Die prestatie heeft er vooral ook mee te maken dat de eerste Amazing Spider-Man nauwelijks iets toevoegde aan wat Sam Raimi amper tien jaar eerder ook (en beter) had verteld. Nu blijkt echter dat die eerste film ook echt een eerste deel was, het eerste luik in een groter verhaal dat in The Amazing Spider-Man 2 veel meer van zijn geheimen prijsgeeft. En de richting die de plot inslaat, belooft ook nog eens het beste voor het afsluitende deel, dat ons binnen twee jaar te wachten staat.
Bovendien introduceert de film ons tot veruit de beste acteur die tot nu toe in een Spider-Man episode is opgedoken, de onvergelijkbare Dane DeHaan, in de rol van Oscorp-erfgenaam Harry Osborn. Wat hij voor elkaar krijgt in de handvol scènes waar hij zich mag tonen, zet je nekhaar overeind.