Hoe kan men op een eerbiedige manier, via een entertainementsmedium zoals de film, een ingewikkeld stuk geschiedenis brengen als de opsluiting van kinderen en adolescenten in de concentratiekampen van de nazi’s ? De Shoah van Lanzmann mag dan wel het definitief œuvre zijn op dit gebied, toch blijft dit document moeilijk benaderbaar voor de jongere generatie die de nagedachtenis van de ongenoemden levend moet houden. Marie-Castille Mention-Schaar overstijgt dit obstakel dankzij een briljant idee : deze geschiedenis overbrengen via het verhaal van een schooltaak, opgelegd aan een klas met moeilijke leerlingen in dewelke niemand nog gelooft, buiten hun huidige leerkracht dan (een fantastische Ariane Ascaride). De film ontwikkelt zich verder, dankzij, onder andere, de aangrijpende getuigenis van Léon Ziegel, een overlevende van de kampen, de bewustwording en de toenemende verontwaardiging van de jongeren ten opzichte van de nazi-wreedheden. De keuze van het fictionaliseren van dit waargebeurde verhaal blijkt verantwoord en laat de toeschouwer toe een band te creeëren met de groep leerlingen. Een keuze die het moeilijke thema zonder twijfel ook eenvoudiger maakt om aan te snijden, voor een publiek tot wie de film zich voornamelijk richt en aan dewelke de film een prachtige vertrouwensboodschap wilt versturen : de jongeren en de adolescenten. Een film met maatschappelijk nut.